
We vragen steeds meer participatie, engagement en verantwoordelijkheid, maar zelden zonder garantie.
In De Heroes doen we het omgekeerde: we nemen de belofte weg en houden de ruimte.
Deze tekst is een reflectie over holding space, groepsverwachtingen en de ongemakkelijke vraag wie draagt wanneer niemand garandeert.
Over holding space, groepsverwachtingen en de angst om initiatief te nemen
We zijn zo gewend geraakt aan garanties dat we zelden nog opmerken hoe diep ze ons gedrag sturen. In de markt zijn ze expliciet: resultaatbeloftes, bewezen methodes, risicovrije trajecten. In groepen zijn ze subtieler, maar minstens zo krachtig. We verwachten dat er richting zal ontstaan, dat iemand het zal opnemen, dat onze inzet gezien wordt, dat onze tijd niet verloren is. In De Heroes worden die garanties bewust opgeschort. Niet als experiment om onzekerheid te creëren, maar om te onderzoeken wat er verschijnt wanneer niemand belooft dat het zal werken.
Een garantie is zelden een detail. Ze werkt als een overdracht van risico: "Als het niet werkt, ligt het falen niet bij mij". Die houding is zo vanzelfsprekend geworden dat we ze ook toepassen op samenwerking, leren en engagement. We stappen makkelijker in wanneer iemand anders de verantwoordelijkheid draagt voor uitkomst, richting of betekenis. Binnen De Heroes wordt die logica bewust onderbroken. Er is geen project, geen trajectbelofte, geen vooraf gedefinieerde uitkomst. Het effect hiervan is niet minimaal. Het risico keert terug naar het individu, en precies dat maakt zichtbaar hoe sterk we, vaak onbewust, op garanties steunen om ons tot anderen te verhouden.
De literatuur over groepsdynamica laat weinig twijfel: geen enkele groep functioneert zonder verwachtingen. Zelfs wanneer expliciet wordt gezegd dat er “geen verwachtingen” zijn, ontstaan er impliciete wensen tot garanties. Wilfred Bion beschreef hoe groepen onder spanning terugvallen op wat hij basic assumptions noemde: de aanname dat iemand anders zal leiden, dat er richting buiten mezelf zal ontstaan, dat het proces zonder mijn engagement ergens toe zal leiden. Wanneer die aannames niet worden ingelost, ontstaat conflict en dat is zelden een helder conflict. Een diffuus gevoel van teleurstelling verschijnt dat zich vertaalt in uitspraken als: we zijn nog geen groep. Die uitspraak klinkt descriptief, maar is dat zelden. Ze verwoordt meestal een breuk in wat Chris Argyris het psychological contract noemt: niet dat wat expliciet werd afgesproken, maar wat stilzwijgend verwacht werd, stuurt gedrag. De uitspraak “er is geen groep” betekent dan niet dat er geen afbakening is, maar dat de groep niet levert wat men onbewust hoopte dat ze zou leveren: bescherming, richting, erkenning, of de geruststelling dat de eigen tijd zinvol besteed wordt.
In veel hedendaagse contexten wordt dit spanningsveld snel gedicht met een beroep op het begrip psychologische veiligheid. Maar ook hier sluipt verwarring binnen. Amy Edmondson maakt een scherp onderscheid tussen veiligheid als comfort en veiligheid als voorwaarde voor risico te kunnen nemen. Psychologische veiligheid betekent niet dat het duidelijk is waar iets toe leidt, maar dat interpersoonlijk risico genomen kan worden zonder bestraft te worden.
Donald Winnicott ging nog verder met het begrip holding. Ontwikkeling ontstaat niet wanneer spanning wordt weggenomen, maar wanneer ze gedragen wordt binnen een omgeving die niet instort en niet overneemt. Holding space zo is geen afwezigheid van zorg, maar een veeleisende praktijk van blijven, begrenzen en verdragen. Niet oplossen, niet sturen, niet redden, maar aanwezig blijven terwijl het ongemakkelijk wordt. Vanuit dat perspectief is het ontbreken van een vooraf gedefinieerde groepsvorm geen falen, maar een bewuste en belangrijke conditie.
Wat in De Heroes zichtbaar wordt, is hoe snel spanning zich vertaalt in vermijding. Mensen benoemen tijdsgebrek, geen mandaat of gebrek aan engagement bij anderen als reden om tot actie te komen. Tegelijk aangeven ze aan dat ze zelf weinig initiatief nemen uit angst voor afwijzing. Psychologisch is dat goed te onderbouwen. Onderzoek toont aan dat sociale afwijzing dezelfde neurale netwerken activeert als fysieke pijn. In een context zonder expliciete garanties voelt initiatief nemen als blootstelling. Wat als niemand reageert? Wat als het stil blijft? Garanties beschermen tegen schaamte en onzichtbaarheid. Wanneer ze wegvallen, verschijnt niet automatisch autonomie, maar eerst angst. Die angst verschuift vaak naar morele oordelen over de groep, de host of “de anderen”.
Hosten wordt vaak verward met faciliteren. Methodieken zoals sociocracy en deep democracy zijn waardevol en zorgvuldig ontwikkeld om met spanning om te gaan, maar ze veronderstellen altijd een proces, een doel en een rol die verantwoordelijkheid draagt voor het verloop. Ook wanneer ze participatief zijn, blijven ze oplossingsgericht. Iemand bewaakt de tijd, iemand draagt het proces, iemand zorgt dat het werkt. Holding space vertrekt vanuit een andere logica. Hier wordt niet het proces gedragen, maar de mogelijkheid dat er geen proces is. Dat vraagt een ander soort aanwezigheid en roept andere verwachtingen op. Met name een systeem of structuur waarbinnen ruimte ontstaat. Containment is het mechanisme waarbinnen spanning kan worden gedragen zodat Holding space kan plaatsvinden. Met andere woorden de context van ritme, duidelijke kaders en afwezigheid van oplossingsdruk bij De Heroes is een vorm van containment.
Wat nu duidelijk wordt is dat de spanning tussen holding space en facilitatie wordt versterkt doordat we met Timelab, naast De Heroes, ook workshops, programma’s en gasttrajecten ontwikkelen waarin wél gewerkt wordt met tools, methodieken en expliciete procesbegeleiding met een oplossingsgericht karakter. Helden worden soms uitgenodigd om daarbij aanwezig te zijn of mee te genieten van wat ontstaat. Obholzer en Hirschhorn wijzen erop dat wanneer containment en oplossingsgerichtheid door elkaar lopen, rolverwarring ontstaat.
In een holding-context kan die nabijheid onbedoeld worden opgevat als een impliciete garantie: de verwachting dat Timelab zal ingrijpen. Expertise wordt dan gelezen als belofte, en niet-ingrijpen als nalatigheid. Wat bedoeld is als ruimte, wordt ervaren als tekort. De vraag die hier opduikt is daarom niet of facilitation “wel of niet” hoort in De Heroes, maar hoe duidelijk context, rol en verwachting gemarkeerd worden.
Als holding space vraagt om het opschorten van garanties, moeten we dan niet expliciet maken dat deelname aan workshops, programma’s of facilitatietrajecten géén onderdeel is van De Heroes? Wat verandert er wanneer helden niet langer als vanzelfsprekend mee worden uitgenodigd, maar eenvoudigweg deelnemers worden van een aanbod dat ook voor anderen geldt, met een eigen kader, eigen voorwaarden en eventueel een eigen prijs? Niet om afstand te creëren, maar om helderheid te scheppen. Niet om expertise terug te trekken, maar om te voorkomen dat nabijheid gelezen wordt als belofte en we verhinderen dat holding space plaatsvindt.
Het is belangrijk hier een nuance aan te brengen. Niet iedereen in De Heroes reageert op het opschorten van garanties door zich terug te trekken of af te wachten. Er zijn heel wat mensen die consequent aanwezig blijven, zonder dat daar een verplichting of belofte tegenover staat. Mensen die hun eigen weg zoeken binnen de ruimte die wordt gehost, en die zich kwetsbaar tonen, elk op hun eigen tempo. Het verschil dat hier zichtbaar wordt id het verschil in relatie tot onzekerheid, niet in inzet of waarde. Sommigen kunnen al bewegen zonder te weten waar die beweging toe leidt. Anderen hebben meer tijd nodig om te voelen of de ruimte hen werkelijk draagt. Dat is geen tekort, maar een reële variatie in hoe mensen spanning verdragen en betekenis laten ontstaan. Wat wel opvalt, is dat wie zich toelaat om onzekerheid niet onmiddellijk te externaliseren, vaak vanzelf aansluiting vindt bij het ritme dat wordt aangeboden. Dit ritme is geen richtingever, maar biedt herhaling en voorspelbaarheid zonder uitkomstbelofte. Binnen dat ritme ontstaan soms erkenning en vriendschap, als bijproduct van gedeelde tijd. Wie wil bewegen vindt een ritme waarin die beweging niet hoeft te worden gelegitimeerd: hodohodo(*): niet te snel, niet te veel.
Het onderscheid tussen holding space en facilitation wordt pas werkelijk betekenisvol wanneer we kijken naar wat er kan ontstaan in een ruimte zonder garanties. Niet voor iedereen, niet altijd, en niet lineair, maar soms op een manier die moeilijk te bereiken is binnen meer doelgerichte settings. Of zoals een Hero het omschreef: datgene wat niet om te zetten in een betaalde opdracht aan derden. De magie die ontstaat wanneer je iets anders vindt dan datgene wat je dacht dat je zocht.
Een andere Hero verwoordde hoe het ontbreken van richting, belofte of externe bevestiging hem niet direct geruststelde, maar juist op zichzelf terugwierp. Zonder proces om zich achter te verschuilen, zonder oplossing die hem zou meenemen, bleef er weinig anders over dan te blijven bij wat zich aandiende. Hij sprak over het onder ogen zien van stukken die hij normaal vermijdt zoals oude patronen, innerlijke conflicten of wat hij zelf zijn “zelfsabotage” noemde. Wat voor hem het verschil maakte, was niet begeleiding of interventie, maar dat de ruimte niet wegviel toen hij dit benoemde. De afwezigheid van garanties betekende hier dat uitwegen wegvallen en zichtbaar wordt wat er echt toe doet. Zijn wens was niet dat dit opgelost zou worden, maar dat hij dit, stap voor stap, mocht blijven doen binnen de dragende context van de helden.
In de literatuur over holding (Winnicott, Obholzer) wordt dit herkend als een verschuiving van externe regulatie naar zelfverantwoordelijkheid. Facilitatie helpt om spanning hanteerbaar te maken en holding space laat spanning bestaan en wel lang genoeg om betekenis te laten ontstaan. Niet onmiddellijk sneller of efficiënter, maar soms wel fundamenteler.
Het ontbreken van garanties betekent niet dat er niets wordt gedragen. Wat in De Heroes expliciet wordt gehost, zijn de voorwaarden: duidelijke afspraken rond ruimtegebruik, een vast ritme via wekelijkse Hero Nights, dagelijkse check-ins en samen lunchen als terugkerende gewoonte. Het zijn de structuren die het zenuwstelsel geruststellen. Ze bieden geen garantie op uitkomst, maar maken het mogelijk om zonder garanties aanwezig te blijven. Zoals binnen The Art of Hosting wordt benadrukt, gaat hosten niet over het produceren van resultaten, maar over het bewaken van de kwaliteit van de ruimte.
Een opvallende paradox is hoe tijd functioneert. Iedereen ervaart tijdsgebrek en tegelijk verwacht men meer engagement van anderen. Systemisch gezien fungeert tijd hier als moreel schild. Ze voorkomt dat ambivalentie, angst of lage prioriteit benoemd moeten worden. Zolang initiatief nemen relationeel risicovol blijft, is tijdsgebrek een sociaal aanvaardbare verklaring.
Wanneer garanties verdwijnen ontstaat niet meteen vrijheid, maar eerder kwetsbaarheid. Garanties functioneren als psychologische verdoving, als groepslijm, als marktbelofte en als legitimatie voor leiderschap. Een valse belofte van veiligheid die verlamt. Door ze op te schorten, wordt autonomie mogelijk, maar ook angst. En die angst in de ogen kijken is dan het grootst monster in de kamer. Misschien is dit de kern van De Heroes:
wanneer niemand garandeert dat het werkt, wordt zichtbaar wie hoopt dat iemand anders het zal dragen en wie klaar is om datgene in de ogen te kijken wat de ontwikkeling in de weg staat.
Dat is geen oordeel.
Het is het begin van leren. Het is de juist tijd en voorzien van ruimte die veerkrachtig is.
-----------------------------------------------
(*) Hodohodo (ほどほど) is een Japanse uitdrukking die letterlijk betekent: genoeg, niet te veel, niet te weinig. In dagelijkse taal verwijst het naar maat houden, gepaste intensiteit, en het vermogen om te stoppen vóór iets geforceerd wordt.
In organisatorische en relationele contexten wordt hodohodo soms gebruikt om een ethiek van tempo te benoemen: niet sneller gaan dan wat een situatie, een lichaam of een relatie kan dragen. Het is geen pleidooi voor traagheid, maar voor afstemming. Geen methode, maar een houding.
Binnen De Heroes gebruiken we hodohodo ook als naam voor onze kwartaalbijeenkomsten. Die keuze is bewust. Niet om een proces te faciliteren of richting te bepalen, maar om gezamenlijk in te checken waar ieder zich bevindt in diens eigen traject. Hodohodo markeert zo een moment van gezamenlijke aanwezigheid zonder plan, doel of uitkomstverwachting. Het is een pauze die ruimte laat voor verschil in tempo en positie, zonder die te moeten oplossen.
------------------------------------------
Bion, W. R. (1961). Experiences in Groups. Tavistock.
Winnicott, D. W. (1965). The Maturational Processes and the Facilitating Environment. Hogarth Press.
Edmondson, A. (2018). The Fearless Organization. Wiley.
Argyris, C., & Schön, D. (1978). Organizational Learning. Addison-Wesley.
Obholzer, A., & Roberts, V. Z. (Eds.). (1994). The Unconscious at Work. Routledge.
Hirschhorn, L. (1988). The Workplace Within. MIT Press.
Eisenberger, N. I., & Lieberman, M. D. (2004). Why rejection hurts. Trends in Cognitive Sciences, 8(7), 294–300.
Yalom, I. D. (1980). Existential Psychotherapy. Basic Books.
Laleman, F. (2025). Participatory Facilitation: An Unfinished Manifesto. Timelab.
Wheatley, M., & Frieze, D. (2011). Walk Out Walk On. Berrett-Koehler.